De meeste paardeneigenaren hebben het wel eens meegemaakt. Je haalt je paard uit stal of uit de wei met een dik of dicht geknepen oog. Er zijn verschillende aandoeningen van het oog die regelmatig voorkomen maar die klinisch erg op elkaar lijken. Omdat de behandelingen van deze oogproblemen erg verschillen, en de mogelijke complicaties grote gevolgen kunnen hebben voor het behoud van het oog, is het belangrijk snel een correcte diagnose te hebben en een passende behandeling in te stellen. Een afwijkend of pijnlijk (knijpen) oog is altijd een spoedgeval.
Behalve een bovenste en een onderste ooglid heeft een paard ook nog een derde ooglid. Dit derde ooglid is vaak nog nét zichtbaar in de binnenste ooghoek. De oogleden zijn aan de binnenkant bekleed met een lichtroze bindvlies (de conjunctiva). De heldere buitenste laag van het oog noemen we de cornea (het hoornvlies). Tussen de cornea en de iris ligt de voorste oogkamer. De iris van het paard is vaak goud-bruin van kleur, maar kan ook blauw of wit zijn, en soms zelfs tweekleurig. Aan de iris kunnen we duidelijk de zogenaamde druivenpitjes zien zitten (de corpora nigra). De pupil is de opening van de iris, daarachter ligt de lens.
De iris bepaalt het formaat van de pupil, en daarmee de hoeveelheid licht die door de pupil en door de lens heen op het netvlies valt (de retina). De lens kan door meer of minder bol te gaan staan (accommoderen) scherpte stellen op verschillende afstanden. De retina bevat receptoren die het beeld via de oogzenuw doorsturen naar de hersenen.
Oogproblemen kunnen zich meer of minder duidelijk laten zien. Pijnlijkheid van het oog uit zich vaak in het duidelijk dichtknijpen van het oog, al dan niet in combinatie met tranenvloed en/of zwelling. Het knijpen kan echter ook heel subtiel zijn, we zien dan alleen de wimperrand van het pijnlijke oog meer afhangen. Hoewel de meeste paarden met een acuut pijnlijk oog het oog niet goed laten bekijken, kunnen soms ook veranderingen aan het oog zelf zichtbaar zijn. Er kan bijvoorbeeld sprake zijn van een blauwe waas over het oog (cornea oedeem), een zichtbare onregelmatigheid van het hoornvlies, of de grootte van de pupil kan verschillen tussen de twee ogen.
Er zijn verschillende aandoeningen van het oog die regelmatig voorkomen maar die klinisch erg op elkaar lijken. Het is van belang tijdig een juiste diagnose en behandeling in te stellen om de kans op mogelijke complicaties zoals blijvend zichtverlies of zelfs het verlies van het oog te kunnen beperken. Ga hierom ook niet zomaar zelf aan de slag met druppels of zalven die je nog hebt liggen!
In de praktijk krijgen wij het meest te maken met:
· Beschadigingen van de cornea (hoornvlies beschadiging)
· Uveïtis (maanblindheid)
· Conjunctivitis (bindvlies ontsteking)
· Verstopte traanbuis
Als de cornea beschadigd raakt, zijn paarden vaak acuut pijnlijk. Ze knijpen met het oog en vaak mag je er niet aan zitten. De conjunctiva kunnen meer of minder rood zijn. Vaak is er sprake van lokaal cornea oedeem (vochtophoping in de cellen van de cornea waardoor er een blauwe waas ontstaat) rondom de beschadiging. Als we het oog met een speciale kleurstof aan kleuren wordt het defect pas echt goed zichtbaar.
Oppervlakkige beschadigingen van de cornea genezen vaak snel (enkele dagen) en ongecompliceerd als tijdig een behandeling wordt ingesteld. Belangrijk is dat het elke dag een beetje beter moet gaan. Bij een toename van pijnlijkheid, toename van de waas over het oog, of bij een kleine niet reactieve pupil moet direct contact opgenomen worden met de dierenarts.
Uveïtis is bij veel paardeneigenaren beter bekend als maanblindheid. Bij een uveïtis is er sprake van een ontsteking van de uvea (de iris en de druivenpitjes). Paarden met uveïtis zijn meestal acuut fors pijnlijk (duidelijk knijpen met het oog). Vaak is er sprake van licht cornea oedeem over het hele oog. Soms is een duidelijke ontsteking zichtbaar in de voorste oogkamer, deze wordt dan troebel of er liggen vlokken op de bodem. De pupil is klein en niet reactief, dit spasme is erg pijnlijk.
Als niet tijdig een behandeling wordt ingesteld kan er littekenweefsel tussen de iris en de lens ontstaan. Hierdoor kan de pupil minder goed vergroten wanneer het donker is, en kan de lens minder goed accommoderen, met blijvend zichtverlies tot gevolg. Een uveïtis kan terugkeren. Voor paarden die regelmatig last hebben van een uveïtis kan het een uitkomst zijn om een implantaat met ontstekingsremmers te laten plaatsen in het oog om de ontsteking onder controle te krijgen. Omdat een uveïtis erg pijnlijk is, is het soms zelfs noodzakelijk het oog te verwijderen als de ontsteking niet onder controle te krijgen is.
De meeste paardeneigenaren zijn wel bekend met een conjunctivitis, een ontsteking van de bindvliezen. Vaak treedt een conjunctivitis op in de zomermaanden, als vliegen infecties met opportunistische bacteriën met zich mee brengen. De bindvliezen zijn uitgesproken rood, vaak is er ook sprake van zichtbare zwelling en wat slijmerige uitvloeiing. Aan het oog zelf zijn geen afwijkingen te zien. Met instellen van een behandeling zal de zwelling en roodheid met enkele dagen afnemen.
De meeste paardeneigenaren herkennen het wel, een paard met traanstrepen. Bij een verder niet pijnlijk of afwijkend oog is hier vaak sprake van een verstopping van de traanbuis. Deze loopt bij het paard van de binnenste ooghoek door de schedel en mondt uit in de neus. Meestal is er sprake van een verstopping met een slijmpropje of zalfrestjes. Een verstopte traanbuis is makkelijk te behandelen door deze door te spoelen met een fysiologische zoutoplossing.
Als u op de hoogte wilt blijven van nieuwe ontwikkelingen binnen de praktijk, nieuw geschreven artikelen of nieuw binnen de paarden(geneeskunde)wereld kunt u zich hier opgeven voor de nieuwsbrief.